Je zou er zo voorbij rijden, als je niet wist dat het er zat. In de Plantagebuurt in Amsterdam staat een pand met op de deur een metalen plaat met de tekst: Stichting Ontmoetingsruimte voor en door Ouderen in de Plantage-Weesperbuurt. De brons-metalen kleur ligt zo dicht bij het donkergroen van de deur, dat de plaat nauwelijks opvalt. Als voorbijganger is het moeilijk te geloven dat er zich van alles afspeelt achter deze deur. In ontmoetingsruimte de SOOP komen sinds 1998 dagelijks 55-plussers samen. De ouderen kunnen hier tussen 11 en 5 terecht voor allerlei cursussen en activiteiten die stuk voor stuk door henzelf zijn georganiseerd. Iedereen die bij de SOOP werkt doet dit vrijwillig; het is echt een ruimte voor én door ouderen. Dit betekent dat er niemand onder de 55 jaar te bekennen is – althans, dat is normaliter het geval.
Toen wij dit onderzoek startten, waren er dan ook veel verbaasde gezichten over onze komst – de komst van drie jonge studentes. Al snel raakten de meeste SOOP-leden aan onze aanwezigheid gewend en vertrouwde één van hen ons zelfs toe ‘dat de drie musketiers enorm gemist zullen worden’. Het was niet alleen voor de ouderen een bijzondere ontmoeting, maar ook voor ons. In het dagelijks leven komen wij nauwelijks in contact met ouderen, en nooit met een groep die zo groot is als deze. Hoewel het Roeterseiland - een plek waar wij, met nog duizenden andere studenten, dagelijks komen - op loopafstand is van de SOOP, lijken deze werelden volledig gescheiden. De SOOP-leden maken ons duidelijk dat er ook weinig ruimte lijkt voor ouderen in de Nederlandse samenleving, omdat ouderen niet meer ‘functioneel’ zouden zijn. De SOOP biedt vervolgens een mogelijkheid om in te gaan tegen deze uitsluiting, door het creëren van een eigen gemeenschap waarbinnen weer sprake is van insluiting. Zij voelen zich namelijk absoluut nog niet ‘oud’ en spotten dan ook regelmatig met deze term. De leden van de SOOP hebben ons aan het denken gezet: wat houdt ‘oud zijn’ exact in? Wat is de betekenis die aan ouderdom gegeven wordt in de Nederlandse maatschappij? Door deze marginale, onderbelichte groep aan het woord te laten, willen wij deze vragen – zowel in deze tekst als in onze film – behandelen. Samen leidt dit tot een antwoord op onze onderzoeksvraag: Wat is de betekenis die aan leeftijd wordt gegeven door de ouderen van de SOOP, en hoe past dit in de maatschappelijke context?
Vele uren hebben wij in de SOOP doorgebracht, tijdens het doen van ons onderzoek. Deze uren waren echter niet altijd ingecalculeerd; zodra we het pand betraden en in gesprek raakten met mensen, werden we als het ware opgeslokt door de SOOP. Aan het eind van iedere dag waren we gesloopt; de ouderen hadden ons zoveel te vertellen. Het leek alsof we met het aangaan van een gesprek een vulkaan aan verhalen hadden wakker gemaakt.
Hoewel elk lid van de SOOP representatief zou zijn voor ons onderzoek, en we veel gesprekken hebben gevoerd met een groot aantal mensen, hebben we ervoor gekozen om drie hoofdinformanten op de voorgrond van ons verhaal te plaatsen. Allereerst maakten we kennis met Barbara toen we haar bij een linoleum cursus troffen. De 65-jarige Barbara heeft een prachtige heldere stem waarin haar Canadese achtergrond soms sterk en soms zacht in weerklinkt. Bij haar hebben we alle drie het meeste het gevoel ‘op één lijn te zitten’. Ze vertelt hoe onbelangrijk ze leeftijd vindt en zet dit idee kracht bij door verschillende vriendschappen te omschrijven met een veel jonger of een veel ouder persoon. Haar bestaan als kunstenares zorgt ervoor dat ze altijd bezig is. Ze is dan ook nog lang niet van plan te stoppen met schilderen; enkele weken geleden is ze nog verhuisd naar haar nieuwe atelier.
Later die dag ontmoetten we onze tweede hoofdinformant Paul. De 60-jarige is een druk baasje achter de bar. Hij lokt zijn (vrouwelijke) mede-vrijwilligers uit de tent, is constant aan het grappen en druk in de weer met de ene keer de telefoon en de volgende keer het tappen van een biertje of het zetten van koffie. Tijdens een volgend bezoek aan de SOOP maakten we ten slotte kennis met de 82-jarige Gonnie. Zij ziet er altijd piekfijn uit: verzorgde haren, kleurige truien en roze gestifte lippen. Haar stralende ogen en aanstekelijke lach maken dat ze een vrouw is naar wie we uren kunnen luisteren. Hoewel haar mede-bridgers af en toe kenbaar maken dat ze ‘absoluut niet op de film hoeven’, is Gonnie blij dat ze ons kan helpen en voelt zich heel natuurlijk voor de camera.
Voor dit onderzoek hebben we zowel van het geschreven woord als van film gebruik gemaakt. Ons doel was om deze twee complementair aan elkaar te laten werken. Naast het essay en de film hebben we ervoor gekozen om met Racontr een interactief aspect aan ons onderzoek toe te voegen. In dit project kan de gebruiker zich door de SOOP heen navigeren. Er zijn drie kamers in te stappen: de bar, de bridgekamer en het atelier waarin verschillende creaties worden gemaakt. Vanuit iedere kamer kun je door naar de volgende, of terug naar de tuin voor het gehele overzicht. Daarnaast kan de gebruiker met zijn muis over verschillende objecten scrollen die hierdoor uitvergroten. Dit geeft aan dat hierop geklikt kan worden en zo krijgt de gebruiker meer informatie.
Iedere informant representeert een kamer. Zo is Paul barman, bridget Gonnie en is Barbara iedere woensdag in het atelier te vinden. Ieder van hen draagt bij aan ons argument over relatieve leeftijd. We laten in iedere kamer de informant twee keer aan het woord. In een fragment wordt de absolute ouderdom van de betreffende persoon laten zien en het andere fragment toont de relatieve ouderdom. Ten slotte zal de gebruiker af en toe stukjes uit ons essay tegenkomen, zodat ons theoretisch kader en de context wordt toegelicht.
Let op! Scroll goed met je muis over de gehele pagina's en vind nieuwe informatie. Op deze eerste pagina kun je bijvoorbeeld onder onze namen ons reflectieverslag (in beeld) vinden.
Terug naar de binnentuin?
Inleiding